Een gesprek:
Het belang van een "plek". Om te vertragen en te focussen.
Nieuwe gewoontes die kunnen ontstaan.
Identiteit = keuzes. Geen voorbestemming.
Midlife als update. Minder ballast, meer focus.
Loslaten hoort erbij.
Lichaam en handen helpen.
Maak met signatuur. Minder anekdote, meer subtext.
Zien en gezien worden.
Zorgen om milieu en consumptie.
Micro-keuzes & paradox.
Grote wendingen komen uit kleine stappen.
“Ik vind het geweldig om in een zwart gat te springen en te denken: wat is daarachter?”
Dat zegt Gene Bervoets in ons gesprek.
En het vat hem eigenlijk perfect samen. Nieuwsgierig. Onrustig. Nooit sedentair. Altijd onderweg.
We spraken in Zeeland, waar hij nu woont met zijn partner Tine Laureyns. Over ouder worden. Over spelen. Over loslaten. Over het leven dat soms plannen met jou heeft — niet andersom.
Je probeert het juiste te doen, terwijl je constant de ene flater naar de andere begaat.”
Dat vond ik mooi. Een levenswijsheid.
Wat mij het meest raakte: zijn vermogen om zichzelf telkens opnieuw uit te vinden zonder een vast beeld te hebben van wie hij is.
“Ik kan eigenlijk ook niet antwoorden op de vraag wie ik ben,” zei hij. “Omdat ik heel veel verschillende personen ben.”
Een gesprek over de kunst van het leven. Over blijven spelen, blijven stappen, blijven zingen in de polders. En over dienen — iets waar hij diep in gelooft.
Een man die ideeën kruist zoals hij kippen kruist. Met lef, verwondering en een grote nieuwsgierigheid.
“Ik ben een kunstenaar die ingrediënten bij elkaar zet. Dingen die bijna niet verenigbaar zijn, maar toch wil verenigen en verbinden. Dat is de secret of life.”
We spraken elkaar in zijn privé woning in LABIOMISTA in Genk. Een gesprek over leven en dood, en de kantelpunten daartussen. Over hoop, verantwoordelijkheid en het mysterie van vernieuwing.
“Karel Appel zei ooit: ik rotzooi er maar op los… maar met discipline. Dat is verantwoordelijkheid. Wij moeten verantwoordelijkheid nemen voor de chaos die we creëren.”
Koen ziet een verschil tussen maken en creatie.
In het momentum dat je niet forceert maar dat je overkomt.
Hij gelooft dat we pas evolueren als we het onbekende toelaten.
“Ik noem het wel eens het rommelige midden”, vertelde ik hem.
Dat vond het grappig.
Toen zijn vrouw Inge overleed op haar 53ste, zei ze tegen Koen:
“Als jij stilvalt, valt alles stil. Dus ga.”
Acht jaar geleden sprak ik haar voor het eerst. Sopraan. Wereldburger. Mooie mens. Vandaag ontmoet ik Elise opnieuw. En wat een gesprek.
“Ik kwam terug naar België door COVID. Eigenlijk tegen mijn zin. Maar het leven brengt je soms naar plekken die je méér geven dan je dacht.”
Elise verhuisde noodgedwongen terug naar Antwerpen. Na jaren in New York en Londen. En precies daar, in die onverwachte stilte, ontstond iets nieuws. Een ander soort podium.
“Ik kon me voor het eerst hechten. Alles was plots op één plek. En dat was nieuw voor mij.” Dat ‘blijven’ bracht iets in beweging. Ze zag haar stad met nieuwe ogen. Ze zag ook de jongeren in die stad... en wat er níet voor hen was.
“Ik vond het schrijnend hoe weinig Vlaanderen doet met het potentieel van jongeren met een migratieachtergrond. In New York zie je: iedereen heeft talent. Hier is dat nog te vaak onzichtbaar.”
En dus deed ze wat ze altijd doet: ze zette het om in actie.
Elise richtte The Maestro’s op. Een stichting die kwetsbare jongeren helpt om via muziek hun talent te ontdekken. Ze leren akkoorden spelen, teksten schrijven, hun eigen verhaal zingen.
Het gesprek met Elise raakt aan iets universeels. Wat doe je als alles verandert? Als het oude niet meer werkt.En het nieuwe nog vorm moet krijgen?
Ze toont dat een kantelpunt niet het einde is, maar een begin. Een uitnodiging om dieper te zakken. Om te doen wat klopt.
Mijn gesprek met Thomas Siffer is een goudmijn. Vol humor, zelfspot en scherpe observaties over midlife, verandering en de kunst van "niet te ingewikkeld doen".
Thomas Siffer, schrijver, wereldreiziger, ondernemer en seriële levensomgooier.
“Ik ben ook kampioen in het sluiten van dekselputten”, zei Thomas me.
Een podcast over levenshonger, goesting en het overslaan van de midlifecrisis.
In deze nieuwe aflevering van Kantelpunten vertelt hij over zijn fascinatie voor verandering. Niet als vlucht, maar als pure levenslust.
“Als ik ergens goed in ben, dan is het in het omgooien van mijn leven. Uit goesting. Uit honger naar plezier. Uit drang om het mezelf aangenaam te maken.”
Hij verhuisde op zijn 49ste naar Zuid-Italië. Zonder plan. Zonder angst. Dat typeert Thomas.
“Het is nooit een lang proces van schuren of wringen. Het is wakker worden, denken: we gaan het anders doen... en drie weken later ben ik al bezig.”
Over het te vroeg bereiken van je top.
Toch zit er in zijn stem iets melancholisch. Want wie alles doet wat hij wil, moet op een dag erkennen dat er misschien niets meer moet.
“Ik heb veel meer mogen en kunnen doen dan ik ooit had durven dromen. Dat is een pijnlijke vaststelling. Want dat betekent: ik ben klaar. Het te vroeg nastreven van je levensdoel is niet goed. Maar wat nog slechter is, is het te laat nastreven van je levensdoel... want dan ben je al dood.”
Elk kantelpunt laat ook iets achter. Niet alleen spullen, maar ook oude versies van jezelf.
“Toen ik naar Italië verhuisde, liet ik de versie van mezelf achter die PowerPoints moest bekijken en eindeloze vergaderingen moest uitzitten. In Italië zie ik elke zomer slangenhuiden liggen. Zo’n slang moet haar huid achterlaten om te kunnen leven. Dat vind ik een prachtig symbool.”
Thomas houdt niet van spirituele praat of diepgravende mannentrainingen.
“Ik ben geen filosoof. Geen denker. En ik doe niet aan paddenstoelen om in mezelf te graven. Laat maar zitten. Als ik diep graaf, vind ik alleen miserie.”
Wat hij nu vooral koestert: “De momenten dat mijn hoofd tot rust komt. Ik ben druk bezig met tot rust komen. Maar het lukt steeds beter.”
Thomas noemt zichzelf geen wijze man. Eerder een “hooggevoelige criticaster die leert om zachter te kijken.”
Misschien is dat de kern van midlife, bedacht ik mij toen in wegreed van het gesprek: minder willen bewijzen, meer heel veel blijven ervaren.
"Nooit te laat voor een gelukkige jeugd", zei Guillaume Van der Stighelen me. We praten over zijn meest recent Kantelpunt. Over betekenis en het pure plezier van "het kunnen".
Sommige gesprekken blijven in je hangen. Omdat ze een spiegel zijn. Vooral als het gaat over ouder worden, betekenis, en de zin van alles.
“Het overkwam mij op mijn 67ste. En dat was... bevrijdend. Alsof alles in mijn leven geoefend had voor dit moment.”
We spraken ook over midlife, maar niet als leeftijd. Meer als een fase van transformatie.
“Moet dat een crisis zijn? Of is het een uitnodiging?"
Hij vertelde over het verschil tussen nuttig en betekenisvol. Over hoe we zó gewend zijn om te denken in termen van nut, geld en succes, dat we soms vergeten wat écht telt. We hadden het ook over de kunst van gewoon te kunnen. Niet om te presteren. Niet om te bewijzen. Maar omdat het kan.
“Waarom vliegt een vlinder? Omdat hij het kan. En waarom schrijf ik? Omdat ik het kan.” Over vreugde als kompas: “Ik heb me in mijn leven altijd laten leiden door vreugde. Niet de kick van Tomorrowland, maar verheugd zijn. Als ik bij een beslissing voel: ik verheug me op wat komt, dan weet ik dat het klopt.”
En over liefde: “De liefde kan niet genoeg aangeprezen worden. Er is zoveel nood aan liefde, zelfs in de moeilijkste omstandigheden. We blijven denken dat we zonder kunnen. Maar we kunnen niet zonder.”