
In deze aflevering het grote verhaal van een kleine planeet zoals verteld door Peter Westbroek. 1968 is niet alleen het jaar van de studentenprotesten, maar ook het jaar waarop voor het eerst een galactisch perspectief op de aarde concreet werd verbeeld. Een foto van de aarde vanuit de ruimte genomen met op de voorgrond de maan. “Voor miljoenen mensen was het een beeld van een aangrijpende schoonheid. Het was alsof ze ontwaakten uit een diepe winterslaap. Een nieuw elan bloeide op: als we dit kunnen, gaat geen zee ons te hoog.”
Alaeddine vertelt een verhaal van Edgar Alan Poe. Het speelt zich af bij de Lofoten, een eilandengroep voor de kust van Noorwegen. Westbroek heeft het verhaal opgenomen aan het begin van zijn boek ‘De ontdekking van de aarde’. Het dient als een metafoor hoe we ons opnieuw tot de aarde kunnen verhouden opdat we het glorieuze gevoel over de aarde ontwikkelen en koesteren. Ooit dachten de mensen dat de zon om de aarde draaide. We weten inmiddels dat de aarde om de zon draait. Daar komt nog iets bij. We hangen niet als bollen in het universum. We reizen door de ruimte. Vanuit de ruimte bezien is de aarde een wonderlijk geheel, een levend organisme. Westbroek spreekt van een symbiotisch wereldbeeld.
In deze aflevering spreken we over de rijkdom van de aarde. We hebben het niet over goud, edelstenen of andere grondstoffen, maar over de ‘technologie’ die de natuur zelf heeft voortgebracht. De aarde is een vat vol geavanceerde ideeën, vormen en processen. Als we er bij stil staan, ons erin verdiepen dan verwonderen we ons er steeds meer over. Verwondering die ons meevoert en waardoor we tot rust komen. Vanuit die rust ontwikkelen we een andere omgang met de aarde, een duurzame omgang. We leren van de aarde en de aarde heeft er baat bij dat we van haar leren. Hoe mooi zou dat zijn als negen miljard mensen tegen 2050 bijdragen aan de schoonheid van de aarde?
https://www.uitgeverijbalans.nl/boeken/de-ontdekking-van-de-aarde/