Rik Hoogland, DE volkszanger van Utrecht. Dat was hij al voor mij, maar na onze ontmoeting op 1 maart heb ik nog meer respect  en bewondering voor hem gekregen. Opgegroeid in de sixties in Utrecht waar hij al snel zijn passie voor het zingen vindt. Met hits als ‘Al moet ik kruipen’, ‘Wat motte ze dan’ en ‘Doodgewone Utrechter’ zet hij al jaren alle kroegen, voetbalclubs, campings, festivals en tuinfeestjes op zijn kop. Maar zijn repertoire gaat veel verder dan deze Utrechtse knallers, verschillende stijlen komen er op een avond voorbij als Rik de zanger van de avond is.

Het is een fantastisch gesprek geworden over zijn leven. We praten onder andere over:

-Zijn jeugd bij zijn opa in het Utrecht van de jaren 60.
-Over een heel bekend liedje die hem onthouden is waar hij mogelijk nationaal had mee kunnen doorbreken.
-Over de mooie dingen die hij mee heeft gemaakt met zijn veel te vroeg overleden zwager Job Lijffijt.
-Over een uit-wedstrijd naar Excelsior die eindigt in een Rotterdams cel.

En natuurlijk hebben we het uitvoerig over zijn zangcarrière, zijn familie, zijn vriendschappen, zijn gezondheid en zijn liefde voor de stad Utrecht en de club FC Utrecht. Een Utrechts gesprek waarin alles zit.